Pelletkachel Installatie
Installeren van een pelletkachel
Een pelletkachel is gelijkgesteld aan een houtkachel (beide overige, vaste brandstoffen). De wet in Nederland maakt verschil tussen gasgestookte toestellen en toestellen voor vaste brandstoffen. Er is wettelijk gezien geen verschil tussen hout- en pelletkachels, deze vallen beiden onder dezelfde regelgeving voor vaste brandstoffen.
De rookgasafvoer van een pelletkachel dient dus te voldoen aan geldende richtlijnen waaronder het bouwbesluit, NEN-6062 en NEN 2757. Daarnaast mag uw rookgasafvoer geen burenoverlast veroorzaken en moet er een verdunningsfactor berekend worden. De richtlijn NEN-6062:2011 verwijst ook naar de materiaalspecificatie voor de rookgasafvoer. Binnen mag men gebruik maken van stalen enkelwandige materialen die voldoen aan CE-conformiteitsverklaring EN 1856-1, temperatuurklasse T600 en drukklasse N1. Voor de gevel of dakdoorvoer en buiten dient u gebruik te maken van dubbelwandig RVS dat voldoet aan materiaalspecificatie V2-L50050-G50.
Indien u zelf een rookgasafvoer gaat aanleggen voor uw pelletkachel dan dient u naast de wettelijke regelgeving en wettelijk voorgeschreven materialen rekening te houden met de volgende stelregels:
- De rookgasafvoer van een pelletkachel dient uit te monden boven de rand van het dak, bij voorkeur boven de nok.
- Ondanks dat een geveluitmonding onder bepaalde omstandigheden is toegestaan raden wij dit af. Om de pelletkachel op juiste wijze te laten branden is het nodig om een trekkend kanaal te creëren. Dit is bij een geveluitmonding niet mogelijk. Daarnaast kan bij een harde wind, de situatie zich voordoen dat de rookgassen niet kunnen worden afgevoerd, met als gevolg dat rook in de woonruimte terecht kan komen. Naast deze rook is het mogelijk dat een pelletkachel niet functioneert bij harde wind buiten en daardoor niet gebruikt kan worden.
- Voor rookgaskanalen geldt een bepaalde afstand tot brandbare materialen, gemeten vanaf het oppervlak van de buitenmantel van het kanaal tot brandbare materialen. De afstand van de enkelwandige materialen tot brandbaar materiaal, bij de maximum toegestane rookgastemperatuur van 600 ºC minimaal 500 mm dient te zijn. Ook bij een geïsoleerde geveldoorvoer dient men rekening te houden met mogelijke isolatie in de spouw waardoor brand kan ontstaan door onvoldoende afstand. Gebruik daarom ook bij een geveldoorvoer altijd goedgekeurde materialen.
Bestaand rookgaskanaal
Goedgekeurde pelletkachels zijn zeer nauwkeurig afgesteld. In de afstelling voor optimale verbranding is rekening gehouden met een natuurlijke schoorsteentrek (onderdruk) van 10Pa. Dit wordt bereikt bij een minimale lengte van uw rookgaskanaal van 4 meter bij een diameter van 80mm. Indien u uw pelletkachel aansluit op een bestaand rookgaskanaal groter dan 80mm diameter, gebruik dan een goedgekeurde flexibele rvs-slang van 80mm diameter in uw bestaande rookgaskanaal. Indien u dit niet doet dan krijgt u te veel schoorsteentrek en zal de kachel in storingsmodus gaan.